PLUIMVEELOKET

DIVERSE VANG- EN LAADMETHODES CENTRAAL IN ONDERZOEKSPROJECT KIPVANG

 

Eind vorig jaar startte een onderzoeksproject aan het ILVO waarbij een alternatieve manuele manier van vangen en laden onder de loep wordt genomen. Bij de huidige (gangbare) manuele vangmethode worden de kippen bij de poten genomen en ondersteboven naar de verzamelkratten of -containers gedragen. In dit project zal een alternatieve vang- en laadmanier aangeleerd worden waarbij de kippen (zowel vleeskuikens als leghennen) de hele tijd rechtop blijven. Arbeidsefficiëntie en -belasting, diergebonden welzijnsindicatoren en productieverliezen zullen van naderbij worden bekeken en vergeleken. In dit artikel wordt de inhoud van het project met zijn verschillende werkpakketten besproken.

KIPVANG

Het project KIPVANG startte ongeveer een half jaar geleden en wordt de eerste 2 jaar gefinancierd door de Vlaamse Overheid (dienst Dierenwelzijn), die ook het onderwerp en de doelstellingen van dit project formuleerde. Het project zal in goede banen geleid worden door een consortium van 4 partners (ILVO, UGent, Proefbedrijf Pluimveehouderij en Vetworks) met KULeuven in onderaanneming. Maar wat wil men nu precies doen in dit project?

Projectinhoud

Vooreerst wil men de methodes in kaart brengen die momenteel in Vlaanderen toegepast worden om kippen (zowel vleeskuikens als leghennen) te selecteren, te vangen en te laden. Er zal gepeild worden naar de meningen van directe betrokkenen (alle schakels van de keten) en de burgers ten opzichte van deze methodes. Een alternatieve vangmethode, waarbij de kippen de hele tijd rechtop blijven, zal aangeleerd worden aan enkele vangteams die dit op praktijkbedrijven (zowel bij vleeskuikens als leghennen) zullen uitvoeren. Arbeidsefficiëntie en -belasting, diergebonden welzijnsindicatoren en productieverliezen zullen bestudeerd worden voor de drie methodes (rechtop vs. gangbaar vs. machinaal (voor vleeskuikens)). De kosten en de baten zullen dan ook berekend worden voor al deze methodes. Tot slot wil men op het einde van het project enkele gidsen opstellen die de beste praktijken uit het project samenvatten. Het project wordt onderverdeeld in zeven werkpakketten (WP) die hieronder kort beschreven staan.

rechtop vangen

Bij de rechtop-vangmethode blijven de kippen steeds rechtop tijdens het vangen en laden. Er kunnen max. 2 kippen samen gedragen worden waarbij deze goed ondersteund moeten worden onder de borst en de handen rond de vleugels gehouden moeten worden. 

 

WP1: Vlaanderen in kaart

In een eerste WP zullen enquêtes worden afgenomen bij de Vlaamse vleeskippen- en leghennenhouders om de methodes die vandaag in Vlaanderen gebruikt worden rond (uit)selecteren, vangen en laden te weten te komen. Er zullen ook enkele diepere en persoonlijke interviews afgenomen worden met een beperkt aantal vleeskippen- en leghennenhouders maar ook met enkele vangers/vangteams. Naast praktische vragen rond de gebruikte methodes op het bedrijf, zal ook gepolst worden naar acties die eventueel al ondernomen werden om dit proces zo diervriendelijk mogelijk te laten gebeuren. Ook relevante gebruikerservaringen zullen zeker genoteerd worden.

WP2: Opiniepeiling

In WP2 zal gepeild worden naar de houding en mening van zowel directe betrokkenen (alle schakels van de keten) als burgers rond de verschillende vang- en laadmethodes. Hiervoor zal een informatiefiche opgesteld worden door het projectteam met de op dat moment beschikbare, objectieve en betrouwbare kennis, indien mogelijk aangevuld met audiovisueel materiaal. Ook hier zal men enquêtes en interviews afnemen bij een voldoende grote groep (>100 Vlaamse kippenhouders en >200 Vlaamse burgers).

WP3: Ontwikkeling trainingmodules

Twee personen van het projectteam zullen in het derde WP opgeleid worden om op hun beurt kippenhouders, vangteams en andere geïnteresseerden op te leiden. In een eerste opleiding staat het correct aanleren van de ‘rechtop’ vang- en laadmethode centraal; een tweede opleiding handelt over het identificeren en uitselecteren van kippen die NIET geschikt zijn om getransporteerd te worden naar het slachthuis (‘unfit for transport’).

WP4: Rechtop versus gangbaar

Het vierde werkpakket heeft tot doel een vergelijking te kunnen maken tussen de gangbare manuele vangmethode en de rechtop-vangmethode. Net voor het vangen op het praktijkbedrijf start, krijgt het voltallige vangteam nog een live training rond het rechtop vangen. De bedoeling is om eenzelfde vangteam de twee methodes (rechtop en gangbaar) op het praktijkbedrijf toe te laten passen. De precieze werkwijze zal afgestemd worden op de mogelijkheden van het kippenbedrijf en het vangteam. Zowel het vangproces zelf als de dieren aan de slachtlijn zullen beoordeeld worden. De vangteams zullen direct na het vangen ook bevraagd worden naar hun ervaring/mening rond de verschillende vangmethodes. Doel is om in totaal 9 vangteams (3 voor leg en 6 voor vlees) op te volgen. Elk van deze teams moet op minstens twee bedrijven kippen vangen in het project.

WP5: Machinaal vangen

In de praktijk is het vrijwel onmogelijk om eenzelfde koppel vleeskuikens deels machinaal en deels manueel te vangen. Om toch ook de machinale vangmethode mee te kunnen nemen in de vergelijking, zullen in WP5 voldoende koppels (machinaal gevangen) vleeskuikens opgevolgd worden in het slachthuis. Details over het vangproces zullen worden opgevraagd van deze koppels en ook de vangploegen zullen achteraf bevraagd worden, net zoals bij de andere vangmethodes.

WP6: Kosten-baten analyse

Alle kosten en baten voor pluimveehouders, vangteams en slachthuizen zullen in kaart gebracht worden in WP6. Hierbij zullen niet alleen financiële kosten (bv. investeringen in een vangmachine, arbeidsduur, kosten voor trainingen), maar ook indirecte kosten of niet-financiële kosten (bv. ergonomie) meegenomen worden. Aan de zijde van de baten wordt een gelijkaardige oefening gemaakt, waarbij o.a. financiële baten (minder productieverliezen) en maatschappelijke baten (bv. nauwere samenwerking tussen de schakels in de keten) in rekening zullen worden gebracht.

WP7: Gidsen met Beste Praktijken

Op het einde van het project zullen vier gidsen met “Beste Praktijken” opgesteld worden. De eerste twee gidsen gaan over de beste praktijken rond het (uit)selecteren van vleeskippen, resp. leghennen, die al dan niet geschikt zijn voor transport. De andere twee gidsen zullen de beste praktijken omvatten m.b.t. het vangen en laden van vleeskuikens, resp. leghennen.

Wenst u meer informatie rond dit project of heeft u na het lezen van dit artikel opmerkingen of suggesties voor het projectteam? Neem dan zeker contact op met femke.delanglez@ilvo.vlaanderen.be.

Tekst: Karolien Langendries (Pluimveeloket) - Femke Delanglez & Frank Tuyttens (ILVO)
Publicatiedatum: maart 2022