COOLCHICKS
De Vlaamse pluimveesector voorzien van een hitte-actieplan voor behoud van optimale gezondheid en welzijn van hun pluimvee
- Inhoud project COOLCHICKS
- Hittestress en de gevolgen bij pluimvee
- Hittestress-voorspellende tool
- Overzicht van mogelijk te nemen maatregelen
- Output
- Meer informatie project & partners
Inhoud project COOLCHICKS
Centrale onderzoeksvraag/doel
Hoe kunnen we voor de pluimveesector een trefzeker hitte-actieplan uitwerken dat zich bedrijfsspecifiek kan aanpassen? Het LA-traject COOLCHICKS heeft tot doel om met nieuwe en bestaande kennis tot zo'n verbeterde hitteplannen te komen. Op heden worden reeds verschillende maatregelen geadviseerd ter reductie van hittestress bij pluimvee: het aanpassen van voeder, -water, management, het toepassen van klimatisatie- en staltechnieken, etc. De jongste jaren is de kans op herhaaldelijke hittegolven echter aan het stijgen, en dus moeten pluimveehouders ook hoger schakelen om de dieren te blijven vrijwaren van hittestress. Lukt dat niet, dan is dat nefast voor het dierenwelzijn (de gezondheid gaat achteruit, het sterftecijfer stijgt), en lijdt de boer mogelijks zware verliezen. Bedrijfsflexibele hitte-actieplannen moeten wetenschappelijk gebaseerde, werkbare verbeterstrategieën voor de Vlaamse pluimveehouder bevatten.
Onderzoeksaanpak
We bepalen relevante diergebonden parameters om de gevolgen van hittestress te kwantificeren. We evalueren de impact van potentiële incubatie-, management-, voeder-, water- en klimaat-, en staltechnische strategieën, en ook van hun combinaties, op productie, gezondheid en dierenwelzijn. Dit gebeurt onder gestandaardiseerde omstandigheden. We implementeren en/of evalueren de goede praktijk technieken op individuele praktijkbedrijven. Dit alles brengt ons als onderzoekers bij een wetenschappelijk gebaseerde voorspelling van het omslagpunt waarbij kippen hittestress zullen beginnen te ervaren. Het is de bedoeling om de voorspellingsmodule hanteerbaar te maken op maat van een individueel pluimveebedrijf. We berekenen welke parameters of mogelijke combinaties meest voorspellend zijn. Op basis van deze kennis ontwikkelen we een wetenschappelijk onderbouwde online tool, indicatief voor het opstarten van het hitte-actieplan. We stellen een bedrijfsspecifiek hitte-actieplan met aanbevelingen rond doeltreffende, economisch en praktisch haalbare maatregelen ter beschikking van de overheid en de pluimveesector.
Relevantie/valorisatie
Met het hierboven beschreven actieplan kan de Vlaamse pluimveesector naar verwachting veerkrachtiger optreden tegen de toenemende kans op hittestress. Het gevolg is een meer maatschappelijk gedragen pluimveehouderij. Een succesvolle reductie van hittestress bij pluimvee betekent in elk geval een grote return on investment, doordat de sterfte in de stallen verlaagt, net als de andere mogelijke hittegerelateerde gezondheidsproblemen. De productieresultaten zullen verhogen of op peil blijven.
Hittestress en de gevolgen bij pluimvee
Hittegolven worden niet alleen frequenter, ze duren ook langer. Naast hittegolven kennen we in België ook een jaarlijkse stijging van het aantal tropische (meer dan 30 graden) en zomerdagen (meer dan 25 graden) . Uiteraard moet alles eraan gedaan worden om een verdere klimaatopwarming tegen te gaan, maar het is ook zeer belangrijk ons zo goed mogelijk te wapenen tegenover deze nieuwe realiteit. Vooral voor de veehouderij kunnen dergelijke langdurige en hoge temperaturen leiden tot (extreme) hittestress bij landbouwhuisdieren, met vaak de dood tot gevolg.
Waarom is pluimvee zo gevoelig voor hittestress?
Kippen zijn uitermate gevoelig aan warmte. Ze kunnen namelijk niet zweten en hun lichaam is bedekt met veren waardoor kippen sterk aangewezen zijn op hun ademhaling voor de afgifte van warmte en vocht. Ze hebben daardoor dan ook beperkte mogelijkheden om af te koelen. Daarnaast produceert de kip zelf ook warmte door onder andere groei, productie, vertering en beweging. Genetische selectie bij pluimvee heeft geleid tot verhoogde prestaties. Die verhoogde efficiëntie gaat echter ook gepaard met een verhoogde warmteproductie.
Een balans tussen warmteverlies en warmteproductie is cruciaal. Hieronder vind je een overzicht van de manieren waarop kippen hun warmte kunnen verliezen en/of produceren. Radiatie, convectie en conductie zijn mechanismen die altijd in werking zijn om de balans te behouden. Wanneer het té warm wordt, zijn die mechanismen onvoldoende en zal het dier proberen om warmte te verliezen via evaporatie (verdamping) door te hijgen. Echter, om dit warmteverlies optimaal te houden, mag de relatieve vochtigheid in de stal niet te hoog worden. Dit type warmteverlies is extreem belangrijk voor de kip gezien kippen geen zweetklieren hebben.
Hoe kan een kip warmte verliezen?
Figuur 1 geeft een overzicht van de verschillende manieren waarop een kip warmte kan verliezen.
Figuur 1. Warmteverlies bij de kip
Wanneer spreken we van hittestress bij pluimvee?
Commercieel pluimvee presteert het best onder een optimaal stalklimaat. Die optimale zone noemen we de comfortzone (Figuur 2). Buiten de comfortzone zullen de dieren extra inspanningen moeten leveren om hun temperatuur constant te houden, maar is er nog geen probleem. We spreken dan over de thermoneutrale zone. De thermoneutrale zone wordt begrensd door een laagste en hoogste kritieke temperatuur. Als die hoogste kritieke temperatuur overschreden wordt, dan kunnen de kippen last krijgen van hittestress.
Figuur 2. Thermoneutrale zone (aangepast naar DEFRA (2005))
Maar, wanneer heeft een kip nu last van hittestress? Dat is sterk afhankelijk van het type pluimvee (leghennen, vleeskuikens, opfok,…), de leeftijd van de dieren, geslacht, huisvesting en bezettingsgraad. Daarnaast is hittestress niet alleen afhankelijk van de staltemperatuur, maar ook van de luchtsnelheid en relatieve vochtigheid. Die laatste is namelijk bepalend voor de mate waarin kippen hun warmte kunnen verliezen via ademhaling. Om hittestress te beperken, moet men dus rekening houden met temperatuur én relatieve vochtigheid (RV). Dat kan door het stalklimaat te berekenen aan de hand van een Temperature Humidity Index (THI) index, dewelke deze factoren combineert. De formule waarmee de THI kan berekend worden, is terug te vinden in een artikel van Thom uit 1959. THI = (0,8*temperatuur) + ((RV/100) * (temperatuur -14,3)) + 46,4. In figuur 3 wordt aan de hand van kleuren weergegeven bij welke THI-grenzen pluimvee matige, ernstige of extreme hittestress ervaren.
Figuur 3: De Temperature Humidity Index (THI) combineert de factoren temperatuur en relatieve vochtigheid. De uitkomst van de formule (links op figuur) geeft aan in welke categorie het pluimvee zich bevindt (grenswaarden gebaseerd op Thornton et al., 2021)
Gevolgen van hittestress bij pluimvee
Hittestress heeft allerlei effecten op het lichaam van de kip. Een kort overzicht van allerlei aanpassingen n.a.v. hittestress zijn te vinden op Figuur 4.
Figuur 4. De verschillende effecten van hittestress in het lichaam van de kip
Veel lichamelijke effecten zijn ook een gevolg van andere hittestressmechanismen. Zo kan een gedaalde voederopname en een verhoogde waterconsumptie zorgen voor een verstoord evenwicht van de elektrolyten, voornamelijk Natrium, Kalium en Chloor.
Respiratoire alkalose is een mechanisme dat ontstaat doordat de kip gaat hijgen. De ademhalingsfrequentie verhoogt en het dier verliest extra CO2. Dat verlies aan CO2 heeft echter wel gevolgen. In het bloed is alles in balans; het verlies aan CO2 zal dus gecompenseerd worden op een andere manier zoals hieronder schematisch weergegeven.
Figuur 5. Hittestress veroorzaakt respiratoire alkalose. Deze figuur geeft schematisch weer wat dit veroorzaakt in het bloed
Door het verlies aan CO2 zal de balans naar rechts verschuiven. Dat betekent dat er minder H2CO3, maar ook minder H+ zal zijn in het bloed. Bij een verlies aan H+ zal de pH stijgen, dit noemen we respiratoire (door de ademhaling veroorzaakte) alkalose (stijging van de pH). Doordat het bloed nu uit balans is, kan dit allerlei negatieve effecten hebben op de kip zelf. Meer specifiek bij de leghennen kan dit ook de eischaalkwaliteit beïnvloeden. Een hogere pH zal ervoor zorgen dat er meer calcium gebonden wordt. Hierdoor is er minder calcium beschikbaar voor eischaalvorming. Daarnaast zullen de nieren trachten te compenseren voor de gestegen pH. Dit doen ze door bicarbonaat (HCO3-) uit te scheiden via de urine, met als gevolg dat er ook minder CO32- beschikbaar is voor de vorming van calciumcarbonaat (CaCO3), een belangrijk bestanddeel van de eischaal.
Door het hijgen verliest de kip ook vocht. Dit kan leiden tot dehydratatie.
Al deze lichamelijke effecten kunnen een weerslag hebben op diergezondheid en -welzijn. En dat kan zich ook uitten in de productieresultaten: een verminderde groei of lager legpercentage, een lagere kwaliteit van eindproducten (vlees en eieren) en verhoogde welzijns- en gezondheidsproblemen doorheen de gehele productiecyclus. Bij extreme hittestress kan er zelfs meer sterfte optreden.
Hittestress-voorspellende tool
Nu duidelijk is welke (grote) gevolgen hittestress bij pluimvee kan hebben, is het ten stelligste aangeraden dit trachten te voorkomen. Tijdens het COOLCHICKS-project werd daarom een tool opgesteld die de Temperature Humidity Index (THI) voorspelt voor jouw regio. Deze tool is terug te vinden via deze link. De tool vult automatisch de voorspelde KMI-gegevens voor temperatuur en relatieve vochtigheid in, specifiek voor jouw regio. Opgelet: de THI zegt iets over het risico op hittestress buiten. Hou er rekening mee dat de THI in de stal vaak hoger kan zijn, afhankelijk van ventilatie of eventuele koeling. Binnenkort zal het ook mogelijk zijn de THI in de stal te berekenen door zelf manueel de temperatuur en relatieve vochtigheid in de stal in te geven.
Na het berekenen van de THI kan je in figuur 3 bekijken of er maatregelen genomen moeten worden voor jouw pluimvee. In het hitte-actieplan dat werd opgesteld in het COOLCHICKS-project wordt een overzicht van mogelijk te nemen maatregelen opgesomd. Je kan dit hieronder bekijken. Er wordt een onderscheid gemaakt in maatregelen op korte of op lange termijn.
Overzicht van mogelijk te nemen maatregelen
Maatregelen op korte termijn
Management
- eenvoudig toe te passen
- verlaagt de warmte geproduceerd door de kip zelf
- verlaagt de lichaamstemperatuur
- mogelijks een lagere voederopname
- het opnieuw verschaffen van voeder kan stormloop veroorzaken (stress)
- Het verschuiven van voederbeurten kan helpen om de voederopname tijdens de warmste momenten te beperken. Extra warmteproductie via de vertering wordt op die manier vermeden. De kippen zullen die voederopname daarna compenseren door meer te eten tijdens de koelere momenten.
- Opgelet: Besteed voldoende aandacht aan het terug verschaffen van voeder in de avond → vermijd een stormloop aan de voedergoot aangezien dit extra sterfte kan veroorzaken.
- Wettelijk kader
- Vleeskuikens: "Het voer moet permanent beschikbaar zijn, hetzij op gezette tijden worden aangeboden" Richtlijn 2007/43/EG - KB van 13 juni 2010
- Leghennen: wetgeving over oppervlak en bereikbaarheid, maar niet specifiek over voorziening. Richtlijn 1999/74/EG - KB van 17 oktober 2005
- makkelijk toe te passen
- stal rustig
- moeilijker toegang tot water
- Het reduceren van de lichtsterkte tijdens de warmste momenten van de dag zal de toom rustiger houden. Hierdoor produceren de kippen zelf minder warmte.
- Opgelet: houd steeds rekening met het wettelijk kader.
- Wettelijk kader:
- Vleeskuikens: "In alle gebouwen moet de lichtintensiteit tijdens de lichtperiode op ten minste 80 % van de bruikbare oppervlakte ten minste 20 lux bedragen, gemeten op ooghoogte van de dieren. Een tijdelijke vermindering van het verlichtingsniveau is toegestaan als dat volgens de dierenarts noodzakelijk is." Richtlijn 2007/43/EG - KB van 13 juni 2010
- Leghennen: "Derhalve moet worden gezorgd voor een 24-uurscyclus met een ononderbroken duisternisperiode die lang genoeg is, dat wil zeggen ongeveer een derde van de dag, zodat de kippen kunnen rusten en problemen als vermindering van de immuniteit en oogafwijkingen kunnen worden voorkomen. Bij de vermindering van het kunstlicht moet een periode van halfduister in acht genomen worden die lang genoeg is om de kippen in staat te stellen ongestoord zonder verwondingen op stok te gaan." Richtlijn 1999/74/EG - KB van 17 oktober 2005
- beter warmteverlies (convectie)
- makkelijker toegang tot water
- droger strooisel
- preventief
- in contrast met de emissierichtlijnen
- Dit kan op twee manieren: door minder kippen op te zetten aan het begin van de ronde of door meer kippen uit te laden.
- eenvoudig toe te passen
- Niet door de stal lopen op de warmste momenten. Vermijd bepaalde activiteiten zoals vaccineren, snavelbehandelingen etc.
- Vóór de warmtepiek kan er traag door de kudde gewandeld worden om de warmte die tussen de kippen hangt, vrij te laten.
- Belangrijk: Kippen moeten nog steeds in staat zijn om zich weg te bewegen.
- eenvoudig toe te passen
- Open geen extra deuren of poorten. Op die manier wordt het ventilatiepatroon verstoord en valt de onderdruk weg.
Drinkwater
- eenvoudig toe te passen
- basisbehoefte
- Zorg dat er steeds schoon en koel drinkwater voorzien wordt ad libitum. Dit zorgt ervoor dat de kippen beter met hitte kunnen omgaan en dat ze niet blootgesteld worden aan extra ziektekiemen tijdens stress.
- Controleer de drinkwaterhygiëne regelmatig door een staal te testen, genomen aan het einde van de drinklijn en breng het binnen bij een labo. Zo zie je meteen of het drinkwater voldoet aan de normen.
- Wanneer men drinkwateradditieven gebruikt, kan een slechte drinkwaterhygiëne ervoor zorgen dat de werkzaamheid gereduceerd wordt.
- stimuleert wateropname
- verlaagt de lichaamstemperatuur
- kostprijs
- praktisch moeilijk haalbaar
- waterverspilling
- Drinkwater koelen of af en toe de leidingen flushen.
- eenvoudig toe te passen
- drinkwaterhygiëne is cruciaal om een goede werking te verzekeren
- veel verschillen in werking tussen additieven
- Additieven kunnen toegepast worden in het voeder of in het drinkwater. Er bestaan heel veel soorten drinkwateradditieven die elk op een andere manier inwerken op het dier.
Maatregelen op middellange termijn
Stalklimaat
- extra warmteverlies: convectie, evaporatie
- preventief
- VLIF-steun
- energiekosten
- Verhoog het ventilatiedebiet tijdens hittestress.
- Recirculatie ventilatoren kunnen helpen om de lucht homogeen te verdelen: betere verdeling van koude lucht. Daarnaast kunnen ze de luchtsnelheid verhogen.
- VLIF-steun mogelijk
- VLIF-codelijst → 2.3 Pluimveestal → 2.3.7 Ventilatie → 'Klimaatsysteem (inlaat, alarm, ventilatoren)'
- Voor de meest recente cijfers: raadpleeg de VLIF-codelijst met subsidiale investeringen voor het huidige kwartaal (20/07/2024 - 30/09/2024: 15% steun)
- preventief
- Besteed voldoende aandacht aan de afstelling van de luchtinlaat: verse lucht moet tot bij de dieren komen zonder tocht.
- Op warme momenten: inlaat niet teveel openen → een kleinere inlaat zorgt voor meer onderdruk en een hogere luchtsnelheid in de stal (dezelfde hoeveelheid lucht moet passeren door een kleinere opening). Dit valt te vergelijken met het principe van een tuinslang: wanneer je de opening van de tuinslang kleiner maakt met je duim, zal het water er sneller uit stromen.
- preventief
- niet altijd eenvoudig
- Verhoog de luchtsnelheid tijdens hitte (bv. door verkleinen van inlaatventielen of gebruik van recirculatieventilatoren). Een hogere luchtsnelheid zorgt voor een lagere gevoelstemperatuur bij de kippen.
- Vleeskuikens: 3 m/s (tunnelventilatie)
- Opfok & leghennen: min. 0.7 m/s
Koelsystemen
- preventief
- lagere staltemperatuur
- relatief eenvoudig te implementeren
- dubbel doel: inweken stal
- kostenefficiënt
- VLIF-steun
- hogere relatieve vochtigheid
- onderhoud
- waterverbruik
- vorstgevoelig
- Koeling via waterverdamping.
- Zorg voor een fijne nevel en een correcte plaatsing zodat de nevel niet op de kippen valt.
- Regelmatig onderhoud is nodig om verstopte nozzles te voorkomen.
- Opgelet: monitor de relatieve vochtigheid voldoende zodat deze niet te hoog wordt.
- VLIF-steun mogelijk
- VLIF-codelijst → 2.3 Pluimveestal → 2.3.9 Verwarming/koeling → 'Systeem voor verkoeling (o.a. nevelkoeling en padkoeling)'
- Voor de meest recente cijfers: raadpleeg de VLIF-codelijst met subsidiale investeringen voor het huidige kwartaal (20/07/2024 - 30/09/2024: 30% steun)
- preventief
- lagere staltemperatuur
- kostenefficiënt
- VLIF-steun
- moeilijk toe te passen in bestaande stal
- onderhoud
- hogere relatieve vochtigheid
- waterverbruik
- vorstgevoelig
- kostprijs
- Koeling via waterverdamping.
- Werkt beter in combinatie met voorconditioneringsruimte.
- Enkel in stallen met tunnelventilatie.
- VLIF-steun mogelijk
- VLIF-codelijst → 2.3 Pluimveestal → 2.3.9 Verwarming/koeling → 'Systeem voor verkoeling (o.a. nevelkoeling en padkoeling)'
- Voor de meest recente cijfers: raadpleeg de VLIF-codelijst met subsidiale investeringen voor het huidige kwartaal (20/07/2024 - 30/09/2024: 30% steun)
- mogelijkheid om te koelen in de zomer en te verwarmen in de winter
- preventief
- vaak duurzaam
- veel opties
- VLIF-steun
- kostprijs
- vorstgevoelig
- Veel verschillende systemen.
- VLIF-steun mogelijk
- VLIF-codelijst → 2.3 Pluimveestal → 2.3.9 Verwarming/koeling → 'Warmtewisselaar/warmterecuperatiesysteem met terugwinning van warmte voor verwarming of productieproces' of 'Warmtepomp met eventueel buitenunit voor lucht'
- Voor de meest recente cijfers: raadpleeg de VLIF-codelijst met subsidiale investeringen voor het huidige kwartaal (20/07/2024 - 30/09/2024: 40% steun)
Voeder
Voedersamenstelling aanpassen ▼
- verlaagt de warmte geproduceerd door de kip zelf
- moet op voorhand gepland kunnen worden
- zomervoeder kan minder efficiënt zijn wanneer het toch niet warm is
- Er komt meer warmte vrij bij de vertering van eiwitten dan bij koolhydraten en vetten. Het kan daarom zinvol zijn om een “zomervoeder” te verschaffen dat minder eiwitten bevat. Het is hierbij wel belangrijk om de aminozuren gebalanceerd te houden.
- Aan de andere kant kan er meer vet toegevoegd worden. Vet zorgt voor minder warmteproductie, maar verhoogt het energiegehalte.
- verlaagt de warmte geproduceerd door de kip zelf
- voeder moet overdag niet beperkt worden zoals bij voederrestrictie
- verlaagt de lichaamstemperatuur
- praktisch moeilijker
- twee voeders vereist die goed uitgebalanceerd zijn
- wisselen van voeders is praktisch moeilijk haalbaar
- kostprijs?
- Dual feeding is een maatregel waarbij twee voeders verschaft worden doorheen de dag. Het is gekend dat er meer warmte geproduceerd wordt bij de vertering van eiwitten dan bij koolhydraten. Daarom wordt gedurende de warmte momenten een voeder gegeven dat laag is in eiwit, maar hoog in energie. Tijdens de koelere momenten wordt dan gewisseld naar het eiwitrijk voeder. Op die manier wordt er voldaan aan de eiwitbehoefte, maar wordt extra warmteproductie bij het dier beperkt.
- verhoogde wateropname
- verteert makkelijker
- praktisch: kan moeilijk door conventioneel systeem verdeeld worden
- risico op bacterie- of schimmelgroei
- Bij wet feeding wordt er water toegevoegd aan het voeder: "nat voeder". Dit voeder wordt verschaft om wateropname op peil te houden en vochtverlies door hijgen te compenseren.
- eenvoudig toe te passen
- veel verschillen in werking tussen additieven
- Additieven kunnen toegepast worden in het voeder of in het drinkwater. Er bestaan heel veel soorten drinkwateradditieven die elk op een andere manier inwerken op het dier.
Andere
- grootschalige toepassing
- relatief kostenefficiënt
- meer kennis vereist
- niet courant gebruikt
- Bepaalde incubatietechnieken zoals early heat conditioning of early feed restriction houden in dat de weerbaarheid tegen hittestress al op jonge leeftijd verhoogd wordt.
- Bij early heat conditioning worden de embryo’s (de eieren dus) of pasgeboren kuikens blootgesteld aan een hoge temperatuur. Op die manier gaat men ervan uit dat diezelfde kuikens op latere leeftijd beter bestand zijn tegen hitte.
- Bij early feed restriction wordt het voeder bewust beperkt op jonge leeftijd volgens hetzelfde principe: bepaalde overlevingsmechanismen worden getriggerd op jonge leeftijd waardoor ze later weerbaarder zouden zijn tegen stress-situaties.
Maatregelen op lange termijn
Stalconstructie
- energiebesparend
- ook in bestaande stal
- VLIF-steun
- Goede isolatie is cruciaal om een koel en stabiel klimaat te behouden.
- VLIF-steun mogelijk
- VLIF-codelijst → 2.3 Pluimveestal → 2.3.2 Isolatie → 'Isolatie'
- Voor de meest recente cijfers: raadpleeg de VLIF-codelijst met subsidiale investeringen voor het huidige kwartaal (20/07/2024 - 30/09/2024: 30% steun)
- veel voordelen op lange termijn
- vooral bij nieuwbouw, moeilijk aan te passen in bestaande stal
- Besteed voldoende aandacht aan het uitdenken van een geschikt ventilatiepatroon: positie van inlaten, keuze van ventilatie (tunnelventilatie, nokventilatie, combi lengte en nok,…). Om het ventilatiepatroon te optimaliseren is het beter om de breedte te beperkten tot maximum 12 meter.
- Soms onvermijdelijk
- Houd rekening met het effect van staloriëntatie (windrichting), landschapselementen (bos), type grond (zand) bij het bouwen van een stal.
Genetica
Inkruisen van bepaalde genen ▼
- beter warmteverlies mogelijk
- minder efficiënt dan de commerciële kippenrassen
- moeilijk in te kruisen bij huidige kippenrassen
- kippen zijn minder efficiënt bij thermoneutrale temperaturen
- Sommige genen zoals het Naked Neck Gene en Frizzle Gene zijn toleranter tegen hittestress. Bij het Naked Neck gene is er minder bevedering in de nek. Bij het Frizzle Gene krullen de veren meer naar buiten waardoor de warmte beter kan ontsnappen. Bij beide is het principe hetzelfde: er is meer of makkelijker warmteverlies mogelijk via de huid (radiatie).
- beter bestand tegen hittestress
- vaak minder efficiënt
- hogere kostprijs
- Snelgroeiende rassen produceren meer warmte dan traaggroeiende rassen door hun snelle groei. Ook bij leghennen en andere types pluimvee is dat zo. Een hoge productie gaat gepaard met extra warmteproductie. Minder productieve rassen zijn vaak beter bestand tegen hittestress.
Fokken van robuustere rassen ▼
- beter bestand tegen hittestress
- lange termijn
- andere kenmerken kunnen verloren gaan
- Inboeten op kenmerken die snelle groei en een hoge voederopname stimuleren zal ervoor zorgen dat de weerbaarheid tegen hittestress verhoogt. Dit is echter een maatregel van lange duur, gezien de opstart van die maatregelen al bij het fokken van de grootouderdieren ligt.
Output
Output
- Artikels uit vakbladen
- Hitteplan voor pluimvee (Delezie (ILVO)) - juni 2021
- Nieuw onderzoeksproject rond hittestress bij pluimvee goedgekeurd (Langendries (PLUIMVEELOKET) - Delezie (ILVO)) - juli 2021
- Tips & Tricks om hittestress bij pluimvee te voorkomen (De Baets & Delezie (ILVO) - Langendries (PLUIMVEELOKET)) - juni 2022
- Vlaamse COOLCHICKS-project wil pluimveesector voorzien van bedrijfsspecifiek hitte-actieplan (Langendries (PLUIMVEELOKET) - De Baets & Delezie (ILVO) - De Baere (Proefbedrijf Pluimveehouderij) - juli 2022
- Tijdige opstart van hogedrukverneveling en padkoeling op warme dagen kan de staltemperatuur nog meer verlagen bij vleeskuikens - Hou steeds rekening met de relatieve vochtigheid in de stal! (Langendries (PLUIMVEELOKET), De Baets & Delezie (ILVO), De Baere (Proefbedrijf Pluimveehouderij)) - aug 2024
- Wetenschappelijke artikels/posters
- Productive responses of broilers fed diets with different feed compositions during heat stress (De Baets, Antonissen, Michiels & Delezie, ANR forum 2023)
- The effects of different feed compositions on reducing the negative effects of heat stress in broilers on performance and meat quality (De Baets, Delezie, Antonissen, Michiels, ESPN 2023)
- Betaine and feed restriction as potential mitigation strategies against heat stress in two strains of laying hens (De Baets, Buyse, Antonissen & Delezie, oktober 2024)
- Presentaties/webinars
- Webinar 'Dierlijke productie - Klimaatadaptatie in de landbouw' (Departement Landbouw & Visserij) - De Baets (ILVO) - september 2023
- Presentatie: Gebruik van verneveling en padkoeling op warme dagen bij vleeskuikens (ILVO-pluimveestudiedag 16 mei 2024)
- Presentatie: Cool Energy Event (juni 2024)
- Presentatie: 'Hittestress bij leghennen - Effecten en oplossingen' (Studiedag Proefbedrijf Pluimveehouderij & PC Pluimvee - oktober 2024)
Meer informatie project & partners
Meer informatie over COOLCHICKS bij:
- Renée De Baets (ILVO) (renee.debaets@ilvo.vlaanderen.be)
- Evelyne Delezie (ILVO) (evelyne.delezie@ilvo.vlaanderen.be)
Looptijd project: 1 december 2021 - 30 november 2025
Met steun van volgende co-financiers:
INVE, Nukamel, ORFFA, Cid Lines, Delacon, Impextraco, Huvepharma, Trouw Nutrition, INNO+, Vervaeke-Belavi,DSM, Sanluc, Boerenbond, Vencomatic group, Petersime