PLUIMVEELOKET

TIJDIGE OPSTART VAN HOGEDRUKVERNEVELING EN PADKOELING OP WARME DAGEN KAN DE STALTEMPERATUUR NOG MEER VERLAGEN BIJ VLEESKUIKENS

Hou ook steeds rekening met de relatieve vochtigheid in de stal!

 

Pluimvee is zeer gevoelig aan hittestress. Tijdens warme (zomer)periodes moet je als pluimveehouder steeds alert zijn. Uit de resultaten van het COOLCHICKS-project bleek dat zowel hogedrukverneveling als padkoeling efficiënte koelsystemen zijn in een vleeskuikenstal. Bijkomend werd ook aangetoond dat een tijdige opstart van de systemen de staltemperatuur consistent lager kan houden op warme dagen.

COOLCHICKS

Het VLAIO-LA traject COOLCHICKS heeft tot doel hittestress in de (Vlaamse) pluimveesector te reduceren en dit door het ontwikkelen van een voorspellende hittetool gekoppeld aan een bedrijfsspecifiek hitte-actieplan. De combinatie van bestaande en nieuwe kennis moet leiden tot doeltreffende actieplannen. ILVO wil hiermee, samen met het Proefbedrijf Pluimveehouderij, Pehestat en UGent, de gezondheid en het welzijn van pluimvee verzekeren op warme en hete dagen.

Pluimvee lijdt onder hitte

Kippen zijn immers zeer gevoelig aan hittestress gezien ze geen zweetklieren hebben, een isolerend vederkleed rond zich hebben en ook zelf extra warmte produceren door hun hoge prestaties. De gevolgen hiervan kunnen nefast zijn; gaande van een daling in voederopname, productieresultaten, dierenwelzijn en gezondheid, tot een verminderde kwaliteit van de eindproducten maar ook (hoge) sterfte in de stal.

hijgende kip

Kippen zijn zeer gevoelig aan hittestress en trachten hun warmte te verliezen door o.a. te hijgen, iets wat moeilijker wordt bij een (te) hoge relatieve vochtigheid in de stal

Maatregelen

Daarom is het cruciaal de nodige maatregelen te treffen om deze hittestress bij kippen te voorkomen. Diverse maatregelen zijn mogelijk zoals aanpassingen aan het voeder en/of toevoeging van additieven aan het drinkwater, aan het management (bezettingsgraad, lichtschema), aan de genetica en/of de stalinrichting. In dit artikel worden de proeven besproken die doorgingen op het Proefbedrijf Pluimveehouderij waarbij hogedrukverneveling of padkoeling als koeltechniek werd ingeschakeld in de vleeskuikenstallen.

Hoe werkt het?

Verneveling en padkoeling werken eigenlijk volgens hetzelfde principe, nl. het verdampen van water. Wanneer water verdampt, onttrekt het warmte aan de lucht waardoor een koelingseffect veroorzaakt wordt. Bij hogedrukverneveling worden zeer fijne waterdruppeltjes met behulp van nozzles verspreid in de stal. Het koelend effect van de verneveling is sterk afhankelijk van de dimensionering van het systeem, de gebruikte druk (in de proef 100 bar) en de hoeveelheid en plaatsing van de nozzles (vaak aan de inlaat van de ventielen (zoals bij de proef)). Bij de padkoeling wordt warme, inkomende lucht over een (cellulose)pakket gestuurd waar water overheen loopt. Ook hier hangt de mate waarin de lucht gekoeld wordt af van de dimensionering van het systeem (dikte en grootte van het pakket waar de lucht door moet).

verneveling     padkoeling

Tijdens de proeven in het COOLCHICKS-project werd het effect van hogedrukverneveling en padkoeling bestudeerd in vleeskuikenstallen (Bron: Proefbedrijf Pluimveehouderij)

Balans temperatuur – relatieve vochtigheid

Een aandachtspunt bij deze koeltechnieken is de relatieve vochtigheid (RV) in de stal. Het is immers niet alleen de staltemperatuur die de mate van hittestress bepaalt, maar vooral de combinatie van de staltemperatuur en de RV. Hoe hoger de RV in de stal, hoe moeilijker de kippen het hebben om warmte te verliezen via hijgen (evaporatie).

THI

De temperature-humidity index, kortweg THI, wordt berekend via een formule die temperatuur en RV combineert en is een maat voor de hittestress waaraan de kippen blootgesteld worden op dat moment. Voor vleeskuikens werden bepaalde grenzen opgesteld (Thornton et al., 2021): is de THI kleiner dan 74, dan ervaren de dieren geen hittestress. Tussen 74 en 79 is er matige hittestress; tussen 79 en 84 zware hittestress en eens boven de 84 lijden de vleeskippen onder extreme hittestress.

Effect verneveling

In een eerste proef met 24.500 vleeskuikens (Ross 308) werd het effect van verneveling bestudeerd. In de afdeling mét verneveling kon de staltemperatuur op dagen met een buitentemperatuur van 30°C tijdens de finisherfase (wanneer de kippen zeer gevoelig zijn aan hitte) tot 4 graden lager gehouden worden dan in de afdeling zonder verneveling. Ook het uitvalspercentage in de stal lag lager wanneer er wél verneveling aanwezig was (2,96% vs. 4,48% zonder verneveling). Bijkomend was te zien dat in de afdelingen met verneveling de RV (en daarmee gepaard ook de THI) steeg. Zoals eerder aangehaald kan dit voor extra problemen zorgen gezien de kippen bij een hogere RV hun warmte moeilijker kwijt kunnen raken via hijgen (langs waar normaal een groot deel van de warmte wordt afgestaan). Wees dus steeds alert en behoud de juiste balans temperatuur – RV!

Opstartmoment

In een tweede proef werd bij zo’n 18.500 vleeskuikens (Ross 308) gekeken naar het effect van zowel verneveling als padkoeling en werd onderzocht of een vroegere opstart van de systemen meer (of net minder) voordelen oplevert. Zo werd gekozen voor een opstart van de koelsystemen wanneer de streefwaardetemperatuur (die varieert met de leeftijd van de dieren) met (slechts) drie graden werd overschreden t.o.v. een latere opstart waarbij de streefwaardetemperatuur met zes graden overschreden werd.

Vroegere opstart loont

Beide koelsystemen slaagden erin om de staltemperatuur te reduceren, maar met hoeveel graden precies hangt af van waar de staltemperatuur gemeten wordt. In de uitgevoerde proeven was dit in het midden van de stal en op dierniveau. Daar werd met de gebruikte instellingen (koeling vanaf 6°C boven streeftemperatuur) een reductie van minstens 1-2 graden gezien t.o.v. de buitentemperatuur (30 - 34 °C). Mogelijks kan deze reductie groter zijn wanneer de temperatuur gemeten wordt vlakbij het koelsysteem. Het moment waarop de koelsystemen werden opgestart, had ook een effect (fig.1). Een (eerdere) opstart hield de staltemperatuur consistent lager. Dit effect was vooral merkbaar op warme (maar niet extreem hete) dagen (1-3 graden éxtra koeling op dagen van 25 °C).

Grafiek staltemperatuur

Figuur 1: een vroegere opstart (stippellijnen) van zowel padkoeling (groen) als verneveling (blauw) zorgde voor een consistent lagere staltemperatuur t.o.v. een latere opstart (volle lijnen) (opgelet: het aantal datapunten werd beperkt in deze grafiek om de leesbaarheid te verhogen)

Besluit

Zowel verneveling als padkoeling blijken beide voldoende efficiënt te werken als het gaat om het koelen van het stalklimaat in vleeskuikenstallen. Uiteraard hangt veel af van de dimensionering, plaatsing en capaciteit van de systemen die stalafhankelijk zijn. Ook moet er steeds aandacht geschonken worden aan de RV in de stal en mag de THI niet te hoog worden. Bijkomend bleek uit de proeven ook dat een vroegere opstart bij beide systemen leidde tot een consistent lagere staltemperatuur.

Opmerking

De resultaten in dit artikel zeggen (nog) niets over het verbruik van beide systemen aan bv. water en energie. Deze cijfers zullen nog worden berekend want dit zijn uiteraard belangrijke aspecten voor de pluimveehouder en zullen later verschijnen via www.pluimveeloket.be/coolchicks. Heeft u nog vragen of opmerkingen rond dit project, neem dan zeker contact op met renee.debaets@ilvo.vlaanderen.be.

 

Tekst: Karolien Langendries (Pluimveeloket) – Renée De Baets & Evelyne Delezie (ILVO) – Kris De Baere (Proefbedrijf Pluimveehouderij)
Publicatiedatum: augustus 2024

Partners Coolchicks