PLUIMVEELOKET

ALGEN ALS ALTERNATIEVE EIWITBRON IN PLUIMVEEVOEDERS?

 

Om de huidige consumptietrends voor een steeds groeiende wereldbevolking aan te kunnen houden moet er tegen 2050 wereldwijd 50 tot 70% meer voedsel geproduceerd worden. Klassiek wordt hierbij onmiddellijk gedacht aan een teelt op land, maar waarom niet eens kijken wat mogelijk is in (zee)water? Het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) onderzoekt samen met de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) en 9 andere Europese partners de mogelijkheden van algenproductie voor voeding. Dat de reststromen mogelijks verwerkt zouden kunnen worden in pluimveevoeders is een bijkomend voordeel!

Onderbenutte bron

Zo’n 70% van het aardoppervlak is bedekt met zout water, maar dat blijft – vooral in Europa – een grotendeels onbenutte hulpbron voor voedsel. Mariene voedselproductie heeft nochtans een zeer groot potentieel: het neemt geen extra landruimte in en verbruikt geen zoet water; twee steeds schaarser wordende hulpbronnen. De moeite waard om deze piste te bestuderen!

Europa loopt achter

Wereldwijd wordt jaarlijks meer dan 30 miljoen ton algen geproduceerd. Europa produceert hier echter maar 1% van. In Europa worden algen nog steeds minder geassocieerd met humane consumptie, maar eerder met (bio)brandstoffen, meststoffen of voeders. De cijfers liegen er ook niet om: slechts 9% van de geoogste Europese algen wordt gebruikt voor voedseltoepassingen, terwijl dit globaal gezien om ca. 90% gaat. Europa kan hier dus zeker nog een tandje bijsteken. Vooral het feit dat de geïmporteerde Aziatische algen vaak niet voldoen aan de strenge Europese voedselveiligheidsnormen opent perspectieven voor een eigen Europese algenkweek. Doel is om dit ook op een duurzame manier uit te voeren, met respect voor de reeds bestaande ecosystemen. Momenteel laten veel Europese landen nog de wildpluk toe van algen in hun waters. Deze worden daarna niet vervangen, wat moeilijk duurzaam te noemen is. Hoog tijd dus om ons in onze contreien op een (duurzame) algenkweek toe te leggen!

foto algenkweek

Algen bieden vele nutritionele voordelen maar worden in Europa nog niet commercieel gekweekt. Knelpunten als hoge kosten maar vooral een constante samenstelling moeten geoptimaliseerd worden

 

ValgOrize-project

Dat vonden ook de 11 Europese partners van het Interreg 2 Zeeën-project “ValgOrize”, dat in 2019 gelanceerd werd. Partners uit België (ILVO en VITO), Nederland, Frankrijk en Groot-Brittannië gaan in dit project op zoek naar een duurzame manier om zeewier en microalgen te kweken, geschikt voor humane consumptie. Daarbij moet zeker de nodige aandacht besteed worden aan een constante kwaliteit en een aantrekkelijk smakenpallet. Dit zijn twee onontbeerlijke voorwaarden waaraan moet voldaan zijn vooraleer de verwerkende industrie de inmenging van deze producten zal overwegen.

Soorten algen

Er zijn zeer veel soorten algen. Een eerste onderscheid kan gebeuren naargelang grootte en kleur. Macroalgen zijn organismen die met het blote oog waargenomen kunnen worden. Ze zijn meercellig en doen aan fotosynthese. Er bestaan groene, rode en bruine macroalgen. Microalgen zijn ook fotosynthetiserende organismen, maar zijn eencellig en kunnen enkel onder de microscoop waargenomen worden.

Alternatieve eiwitbron

Algen hebben een interessante nutritionele samenstelling. “Als je de samenstelling van bepaalde soorten microalgen vergelijkt met die van conventionele voedingsmiddelen (tabel 1), zie je dat de eiwit-, koolhydraat- en vetgehaltes van algen vergelijkbaar, zo niet beter zijn”, merkt Johan Robbens, ILVO-projectcoördinator van ValgOrize, op. “Dit geldt ook voor de aminozuurgehaltes. Algen vertonen dus veelbelovende kwaliteiten als alternatieve eiwitbron”.

Bijkomende voordelen

Naast eiwit beschikken algen nog over andere eigenschappen. Uit diverse onderzoeken blijkt dat algen een antibacteriële, een antivirale en/of een antioxidatieve werking kunnen hebben. Sommige microalgen zijn rijk aan omega-3-vetzuren en kunnen ook vitamines (vooral C en E) en/of pigmenten als chlorofyl en carotenoïden bevatten.

tabel1

Tabel 1: Nutriëntensamenstelling van conventionele voedingsmiddelen en diverse algen (% op drogestof) (Bron: Lum et al., 2013). De eiwit-, koolhydraat-, en vetgehaltes van deze algen zijn vergelijkbaar (zo niet beter) met deze van de conventionele voedingsmiddelen

 

Waarom dan nu nog niet meer algen?

Met al deze voordelen is het vreemd dat Europa nog geen algen kweekt op een commercieel niveau. “Dit komt doordat er nog een aantal knelpunten zijn”, weet Robbens. “Zo gaat de kweek nog steeds gepaard met hoge kosten. Daarnaast verwacht de voedselverwerkende industrie een product met een constante kwaliteit en stabiele productie. De kwaliteit van de algen varieert echter nogal sterk tijdens het seizoen en is ook zeer afhankelijk van het geografische kweekgebied. Aan dat knelpunt moet dus nog verder gesleuteld worden. Ook binnen het ValgOrize-project werden we al met dit probleem geconfronteerd. Het is dus zéér belangrijk om de samenstelling van het aangeleverde product in detail te analyseren vooraleer het verder te verwerken.”

Volwaardig product

Om ingemengd te kunnen worden in humane voeding zijn bovendien smaak, textuur, kleur en geur van belang. Momenteel heb je bij algen vaak nog een groene kleur en een lichte visgeur. Na verwerking blijft een poederachtige substantie over. In ValgOrize besteedt men de nodige aandacht aan deze eigenschappen. Zo heeft ILVO een heus professioneel smaakpanel opgeleid om de gewenste smaak- en vormelijke vereisten te behalen. Het doel van dit project is om te komen tot een volwaardig product, geschikt voor de humane consumptie.

‘Zero waste’

De verwerking van deze algen tot dat volwaardig product zal ook aanleiding geven tot rest- of afvalstromen. In het kader van de steeds belangrijker wordende ‘circulaire economie’ of het ‘zero waste’ (‘geen afval’)-verhaal zal getracht worden om deze reststromen verder te verwerken zodat niets verloren gaat. In het ValgOrize-project zal specifiek onderzocht worden of deze reststromen in pluimveevoeder ingemengd kunnen worden en zoja om welke reststromen het precies gaat, hoeveel en met welk functioneel (al dan niet) extra effect. Bij ILVO voeren de onderzoekers hiervoor verterings- en prestatieproeven uit bij zowel leghennen als vleeskippen. Eerdere internationale studies toonden reeds positieve effecten aan bij het inmengen van algen in pluimveevoeding.

Voordelen pluimvee

Algen kunnen bij pluimvee als gedeeltelijke vervanger voor de conventionele eiwitbronnen gebruikt worden. Bepaalde studies adviseren een maximum aandeel van 10%. ILVO doet onderzoek naar de nutritionele waarde en het optimale inmengpercentage van algen in het pluimveevoeder. “Te hoge concentraties aan zouten of mineralen zouden op langere termijn nadelige effecten kunnen veroorzaken zoals een ongunstigere voederconversie en een afnemende eiwit- en energie-efficiëntie,” aldus Marta Lourenço, pluimvee-onderzoeker bij ILVO. “In diverse pluimveestudies werd ook een verbeterde immuunrespons waargenomen, maar dit is niet bij alle algen het geval en hangt af van het verwerkingsproces en het inmengpercentage”. Al deze kanttekeningen duiden op het belang van dit en verder onderzoek.

algenproef

Bij het verwerken van algen voor humane consumptie komen rest- of afvalstromen vrij. In het project ValgOrize wordt nagegaan of deze verwerkt kunnen worden door leghennen of vleeskippen (bemerk de groenere kleur van het voeder met algen tijdens de verteringsproef)

 

Effecten op eidooier

Sommige microalgen bevatten omega 3-vetzuren waardoor men via inmenging in het pluimveevoeder kan proberen om ‘omega-eieren’ te produceren. Microalgen bevatten ook vaak pigmenten die een invloed kunnen hebben op de dooierkleur. Sommige macroalgen zijn rijk aan vitamine A en kunnen ook de dooierkleur verbeteren. “Ook bij dergelijke toepassingen dient men eerst te zoeken naar de meest geschikte algen, de verwerkingsprocedure en het inmengpercentage in het voeder”, benadrukt Johan De Boever, expert voederwaardering bij ILVO.

Andere diersoorten

In het ValgOrize-project werd geopteerd om algen of reststromen ervan te valoriseren bij pluimvee omwille van de kleine beschikbare hoeveelheden en de mogelijks snelle respons bij deze diercategorie. Maar ook bij varkens en melkvee werden studies met algen in het voeder uitgevoerd. Bij varkens werden algen gebruikt als alternatieve eiwitbron en werden wisselende resultaten geboekt qua verbetering in groei of vruchtbaarheid van de beren. Bij melkvee werd in enkele studies een toename in melkproductie waargenomen, alsook een veranderde vetzuursamenstelling. Ook hier zijn dus nog mogelijkheden die onderzocht kunnen worden.

Besluit

ValgOrize wil de Europese productie van algen, bestemd voor menselijke consumptie, stimuleren. Uitdagingen daarbij zijn o.a. een aanvaardbaar smakenpallet en een constante kwaliteit. Bij de verwerking van de algen voor humane consumptie zullen nevenstromen vrijkomen. In het kader van ‘circulaire economie’ en ‘zero waste’ zal men trachten deze reststromen te verwerken, bvb. door deze in te mengen in pluimveevoeding. Eerdere studies toonden veelbelovende resultaten. Kanttekening hierbij is dat men ook hier dient te streven naar een constante samenstelling. Het inmengpercentage en de effecten zullen sterk afhangen van de gebruikte algen en van het verwerkingsproces om deze geschikt te maken als voeder. Een grondige analyse van het restproduct vooraleer gestart wordt met het inmengen in pluimveevoeding is onontbeerlijk.

Tekst: Karolien Langendries (PLUIMVEELOKET), Marta Lourenço - Johan De Boever - Johan Robbens - Louise Pauwels (ILVO) - mei 2020

valgorize